top of page

GRONDBEGINSELEN

Luc+jumping.jpg
ONZE GRONDBEGINSELEN:
Veiligheid - Diversiteit - Verwondering - Vertrouwen - Passie - Vrijheid
 
VEILIGHEID

Mensen, vooral kinderen, voelen zich veilig als hun behoeften worden gezien, gehoord en begrepen. 

 

Als de behoefte van kinderen om te spelen serieus wordt genomen, kunnen ze ontdekken en hebben ze tijd voor zichzelf en hun eigen ontwikkeling. Een ondersteunende omgeving, waar je niet hoeft te voldoen aan opgelegde verwachtingen, geeft de veiligheid waarin je ontwikkeling volledig tot zijn recht kan komen.

DIVERSITEIT

Iedereen is anders. Iedereen heeft andere interesses, capaciteiten en ideeën, een andere culturele achtergrond en een andere leeftijd. 

Deze grote diversiteit aan mensen zorgt voor een rijke omgeving. Elke leerling draagt bij aan activiteiten, brengen hun kwaliteiten en kennis in die nodig zijn om samen een lerende gemeenschap te vormen. 

 

Door elkaars grenzen, verschillen en manieren om daarmee om te gaan te verkennen, leren kinderen zichzelf, anderen en hun diverse omgeving te respecteren. Soms botst dat ook, schuurt het, maar wat blijkt is dat ze dit vaak zelf oplossen door te praten met elkaar, zonder inmenging van leerkrachten.

 

VERWONDERING

Ontwikkeling begint met vragen stellen. Soms ben je bewust en actief op zoek naar een antwoord, en soms komt het gewoon vanzelf naar je toe.

Kinderen – en leerkrachten – krijgen daarom ruimte voor verwondering, actief onderzoeken en continu experimenteren, zodat ze hun eigen vragen kunnen volgen. Zo ontwikkelen ze een natuurlijk zelfbewustzijn en zetten van daaruit hun volgende stappen.

VERTROUWEN

Als er vrijheid is ontwikkelen kinderen van nature te vertrouwen op hun eigen kunnen. Dit vertrouwen wordt versterkt en vergroot als ze zelf hun eigen omgeving en ontwikkeling mogen vormgeven - als ze worden gehoord en gezien. 

Als je op je eigen capaciteiten vertrouwt, kun je ook op de capaciteiten van anderen vertrouwen. Het is daarom essentieel dat ouders* en leerkrachten vertrouwen hebben in hun eigen capaciteiten en vervolgens ook in die van de kinderen. 

PASSIE

Als je kunt experimenteren met wat je hart je vertelt, kun je leren wat belangrijk voor je is. Elke wens die opkomt wordt dan als een uitdaging ervaren en kan gerealiseerd worden binnen de grenzen van de mogelijkheden van de school (budget, regels en afspraken).

Naarmate je verlangens uitkomen, zullen er nieuwe verlangens ontstaan, die je nog dichter bij je passie brengen. Zo groei je in waar je goed in bent en wat je leuk vindt.

 

VRIJHEID

De vrijheid om zichzelf te zijn geeft kinderen het inzicht dat wat ze doen gevolgen heeft voor de omgeving waarin ze leven. Hierdoor voelen ze zich verbonden met zichzelf, anderen en de afspraken die ze maken. 

Je bent vrij om te handelen totdat je de grens van een ander overschrijdt. Deze confrontaties maken je bewust van wat je doet. 'Mijn vrijheid eindigt waar jouw grens begint' betekent dat iedereen de vrijheid van de ander respecteert.

 

Als dit nog steeds leidt tot een botsing tussen de vrijheid van de een en de grenzen van de ander, kan de ander aangeven dat hun grenzen worden overschreden door "stop" te zeggen.

 

Op onze school heet deze overeenkomst 'stop=stop'. 

Komen betrokkenen er samen niet uit, dan kan een incident worden voorgelegd aan de bemiddelingskring. Deze kring beslist over de gevolgen van het niet nakomen van afspraken.

* Ouders verwijst in deze tekst naar ouders/verzorgers.

bottom of page